Drukkerijen waren er in de Deventer drukkerstad al sinds de vijftiende eeuw.
In 1738 kwam Jan de Lange als meesterknecht in dienst bij de stadsdrukker. Hij begon al snel voor zichzelf in de Grote Overstraat en verhuisde later met zijn bedrijf naar de Brink. In 1894 ging de drukkerij naar de Sluisstraat.
In 1779 werd hij zelf stadsdrukker. Hij maakte van zijn drukkerij zo'n bloeiend bedrijf dat het tot ver in de twintigste eeuw is blijven bestaan. In 1968 is de drukkerij/uitgeverij opgenomen in de Kluwergroep.
Van 1837 tot 1926 gaf drukkerij De Lange de Deventer Courant uit.
Vanaf 1758 drukte Jan de Lange en later zijn opvolgers kinderprenten. De kinderprent was in de achttiende en negentiende eeuw het meest gebruikte leesmateriaal voor kinderen. De prenten kostten enkele centen en werden daarom ook wel 'centsprenten' genoemd. Er verschenen er meer dan 150. Voor speciale feesten zoals de kermis en Sinterklaas waren ook speciale prenten.
Deze prent bestaat uit twaalf scenes van spelende kinderen. Bovenaan dit plaatje staat: 'Wanneer het leeren is gedaan, Dan moogt ge eens vrolijk spelen gaan, Zoo krijgt gij weer tot leeren lust, En wordt uw moed nooit uitgebluscht'.
In 1761 ging De Lange de Deventer Almanak drukken. Aan het eind van de negentiende en in begin twintigste eeuw was drukkerij De Lange beroemd om zijn kalenders, vooral met Deventer stadsgezichten.
Afb.: centsprent in Ach Lieve Tijd, p. 231 rechtsboven (GMD)
Verw. naar Industriestad in wording