Nicolaas van Cusa (Cusanus)

De bronzen kardinaalshoed aan de gevel op de hoek Polstraat-Bursestraat herinnert aan Nicolaas van Cusa, ook wel Cusanus genoemd. Deze schipperszoon dankt zijn naam aan zijn geboorteplaats Kues, een stadje aan de Moezel in Duitsland. Mogelijk bezocht hij in Deventer de Latijnse School. Hij studeerde recht in Duitsland en Italië, maar koos voor het priesterschap. Hij maakte een snelle carriére in de Kerk, werd tot kardinaal benoemd (na de paus de belangrijkste persoon in de katholieke kerk) en aangesteld tot pauselijk gezant. Hij ontwikkelde zich tot een groot geleerde. Hij zette zich vooral in voor meer verdraagzaamheid en vrede tussen mensen van verschillende godsdiensten. Hij uitte ook kritiek op misstanden in de kerk, zoals Geert Grote dat ook had gedaan.
In 1451 bezocht hij op één van zijn reizen Deventer, waar hij zich op de hoogte stelde van het werk van de Broeders en Zusters van het Gemene Leven. In 1469, vijf jaar na zijn dood, ontving de stad Deventer uit de erfenis van Cusanus een bedrag van 4800 Rijnlandse guldens. Uit de rente hiervan konden jaarlijks twintig armlastige studenten van de Latijnse School onderhouden worden. Deze schenking leidde tot de oprichting van een huis tussen de Assenstraat en de Polstraat met de naam 'Bursa Cusana'. Een rector had er de dagelijkse leiding over de studenten. Er hoorden ook een boerderij, een slagerij en een bierbrouwerij bij, zodat de studenten zelf in hun levensonderhoud konden voorzien.
Het studentenhuis heeft bestaan tot 1682. Het geld werd toen omgezet in studiebeurzen. Nu herinneren de namen Bursestraat en Burseplein nog aan de vroegere Bursa Cusana.