IJsselkade

De kooplieden gingen zo dicht mogelijk bij de rivier wonen. Daarom behoren straten als de Polstraat en de Assenstraat tot de oudste van de stad. De kooplieden bouwden na verloop van tijd houten aanlegsteigers.
In de veertiende eeuw werd er aan de kade ter hoogte van de tegenwoordige Kranensteeg een hijskraan gebouwd waarmee men het laden en lossen van schepen gemakkelijker maakte. In diezelfde buurt, waar nu de IJselstraat ligt, bevond zich een inham met een haventje. In de vijftiende eeuw kwam er door middel van een schipbrug een vaste oeververbinding.
Pas in de zestiende eeuw kwam er een stenen kademuur, die daarna nog verder werd verhoogd en beschermd door bastions zoals het bastion Graaf van Buren en het Pothoofdbastion. Zodoende kon men zich beter verdedigen tegen vijandelijke aanvallen.
In de loop der eeuwen is de IJsselkade flink opgehoogd. Dat is te zien aan de schietgaten in de oude waltoren uit ca. 1300, die nu veel te laag zitten.
In de zeventiende eeuw werden er lindebomen op de kade geplant, zodat de Deventenaren daar in de schaduw onder de linden konden wandelen. Op het eind van de twintigste eeuw kreeg de kade een mooier aanzien door het plaatsen van nieuwe balustrades en een verlaagd Wellepad.

Op de tekening is het stadje Dorestad te zien aan de Rijn. Zo moet Deventer er aan de IJssel in de negende eeuw ook ongeveer hebben uitgezien.