Boreelkazerne

Sinds de zestiende eeuw is Deventer een garnizoensstad. Met een garnizoen bedoelen we een afdeling militairen, die in een stad gevestigd is.. In de Franse tijd (begin negentiende eeuw), toen Deventer zo’n 9000 inwoners telde, moest het maar liefst 1600 soldaten bergen. Die werden voor een belangrijk deel ondergebracht bij de bevolking. De Oude Mariakerk werd gebruikt als opslagplaats voor wapens (een arsenaal). Pas in 1849 kwam hieraan met de bouw van een grote kazerne aan de Houtmarkt een eind. Het gebouw werd genoemd naar de oprichter van de cavalerie jonkheer Boreel. Tot de cavalerie behoorden soldaten te paard, ook wel huzaren genoemd. De huzaren met hun paarden en prachtige uniformen trokken altijd veel bekijks, vooral wanneer ze een parade hielden. Achter de Pikeursbaan en de kazerne was een uitgebreid terrein met militaire stallen en een smederij. Het gebouw herbergt nu grote winkelpanden en een bioscoop.