Oorlog 1940-1945

Toen in de vroege ochtend van 10 mei 1940 Duitse troepen ons land waren binnengevallen probeerde men in Deventer de aanvoer van Duitse soldaten per trein te verhinderen. De spoorbrug over het Overijssels kanaal werd opengedraaid en de spoorbrug en schipbrug over de IJssel werden vernield. Toch bereikten de Duitsers via Zutphen de stad en volgden er hevige beschietingen. Na een dag was de strijd voorbij.
Al vrij snel na het uitbreken van de oorlog volgden er allerlei vervelende maatregelen voor de inwoners van de stad. Joden kregen allerlei verboden opgelegd en werden na enige tijd opgepakt en vervoerd naar concentratiekampen. Mannelijke inwoners van Deventer gingen vaak onderduiken om te voorkomen dat ze door de Duitsers werden verplicht om allerlei werk voor hen te verrichten. Er ontstonden verzetsgroepen, die het de bezetter lastig probeerden te maken. Er ontstond gebrek aan voedsel en brandstof. Het onderwijs op de scholen kwam in het gedrang.
Bombardementen op de bruggen veroorzaakten grote schade en paniek. Vaak kwamen bommen in woonwijken terecht, waardoor honderden mensen omkwamen.
Kort voordat Deventer in april 1945 werd bevrijd werden er nog verzetsmensen ter dood gebracht. Opnieuw werd de spoorbrug opgeblazen, deze keer door de Duitsers. De bevrijding kwam op 10 april. Dat was een grote opluchting en een reden tot feest. De Nederlandse vlag kon weer worden uitgestoken.