Gletsjerdal

Tijdens de laatste ijstijden kwam het ijs tot in Noord-Nederland. Het ijs drukte rotsblokken, puin, stenen en zand voor zich uit en opzij. Toen het ijs zich terugtrok, bleef het puin achter en vormden de hoogtes van de Veluwe en van de Overijsselse heuvelrug. Het smeltwater van de gletsjers stroomde in de ijstijden weg naar het zuiden. Door dat smeltwater is er tussen de Veluwe en de Sallandse Heuvelrug een enorm breed en diep dal ontstaan. Pas veel later is in dit laaggelegen gebied de rivier de IJssel gaan stromen.